Hij bewoog zich altijd als een schaduw door het muzieklandschap. Zijn ster scheen al vroeg heel fel, maar doofde langzaam uit. Het moet een grote aderlating voor de bandleden van Pink Floyd zijn geweest om zanger/gitarist/songschrijver/visionair Syd Barrett zo af te zien takelen.
Dit is een verhaal over vriendschap, naïviteit, onschuld, gekte en ego's. Het verhaal van de originele oprichter van Pink Floyd. De man die eind 1965 de flower power-tijd mede een gezicht gaf met zijn band The Pink Floyd Sound (later gereduceerd tot Pink Floyd). Syd Barrett (Cambridge, 6 januari 1946) was een buitenbeentje in het Cambridge van de jaren zestig. Zijn vader stierf toen Barrett (toen nog Roger Keith Barrett geheten) twaalf was, maar tegen die tijd had hij zich al ontwikkeld tot creatieveling. Hij schilderde en schreef korte gedichten. Het was dan ook niet vreemd dat het zwarte schaap van de familie aan de kunstacademie van Londen ging studeren.
Daar ontmoette hij muzikant Roger Waters. Al gauw begonnen ze in bandjes te spelen en de muziek van Pink Floyd viel op in een tijd dat veel Engelse bandjes Amerikaanse (blues)muziek probeerden na te bootsen. De liedjes die Barrett voor de eerste incarnatie voor Pink Floyd schreef, klonken totaal anders dan die van hun collegae. Middle class English. Ook zijn gitaarspel en de podiumpresentatie van zijn band waren compleet vernieuwend in Engeland. In 1966 werd The UFO Club geopend in het hippe Londen en Pink Floyd mocht er wekelijks aantreden als huisband. Al gauw wist heel uitgaand Londen waar het te doen was. Er bestaan videobeelden van Barrett en Pink Floyd uit die tijd. Hij zit voorovergebogen over zijn gitaar op een stoel en maakt feedbackherrie met een aansteker. Ondersteund door vloeistofprojecties. In dat hippe sfeertje waren de toen legale drugs als marihuana en LSD erg populair en Pink Floyd verzorgde graag de soundtrack met tergend lange, dreigende psychedelische jamsessies afgewisseld met wat meer songgericht materiaal uit de koker van Barrett, in wie de band volgens de NME een briljant songwriter had gevonden. In 1967 kwam hun eerste single voor EMI uit; Arnold Layne. Het publiek van de BBC radio omarmde het nummer, maar er was ook kritiek. Het nummer gaat namelijk over een travestiet die damesondergoed van waslijnen steelt en het dan voor de spiegel aantrekt. Dat kon echt niet door de beugel, vond de immer kritische Britse muziekpers.
Het nummer kwam desondanks vrij hoog in de hitlijsten en met hun tweede single See Emily play pakten ze de zesde positie in de UK charts. EMI kon haast niet wachten om met het getalenteerde viertal (gecompleteerd door drummer Nick Mason en toetsenist Rick Wright) de studio in te duiken voor het debuut. Waters stelde voor om naast de successingles ook wat van hun psychedelische livegeluid te laten horen, wat resulteerde in definitieve studioversies van Astronomy Domine en Instellar Overdrive. Syd Barrett en Roger Waters hebben er nooit een geheim van gemaakt dat ze samen LSD slikten, maar tijdens de promotie van The Piper at the Gates of Dawn ging Barrett zich steeds vreemder gedragen. Er bestaan filmpjes op YouTube van Barrett's eerste LSD-trip.
Soms stond hij anderhalf uur stoïcijns op het podium zonder een noot te spelen. Een andere keer verscheen hij bij een fotosessie met afgeschoren wenkbrauwen. De andere jongens wisten het ook niet meer en besloten om er maar een tweede gitarist bij te halen. Een jongen uit de buurt luisterend naar de naam David Gilmour. Hij moest een beetje op Syd letten, zeg maar. Zijn partijen opvangen als Barrett weer eens van de wereld was. Dat ging niet lang goed maar niemand durfde Barrett uit de band te gooien. Want hij was de bandleider, zanger en songwriter van Pink Floyd. Tot ze hem op een dag thuis gingen ophalen voor een optreden. Roger Waters stopte het toerbusje bij Barrett's voordeur, keek stilzwijgend achterom naar zijn bandmakkers die niet wisten waar ze moesten kijken en trok langzaam weer op. Zonder Barrett. En dat was het einde van Syd Barrett als artistiek leider en bandlid van Pink Floyd. In juni 1968 verscheen het tweede album van Pink Floyd, A Saucer Full of Secrets: een heel goede plaat met daarop nog enkele nummers van Barrett. Roger Waters trok de band steeds meer naar zich toe. Veel latere fans hebben dit 'overnemen' als hoogverraad gezien omdat Rogers nu de baas was. Gezien de geschiedschrijving klopt dat niet helemaal, maar daarover later meer.
In een reactie aan NME liet Barrett weten een solocarrière te willen starten. Mensen dichtbij hem vonden dat een paniekreactie en ook Waters had met hem te doen omdat het zo onhaalbaar leek dat Barrett ooit nog als succesvol muzikant zou wederkeren. Het verhaal ging dat hij gek was geworden van psychedelische drugs en psychiatrische aandoeningen. Barrett's vervanger David Gilmour nam het voor hem op en produceerde Barrett's eerste soloplaat: The Madcap Laughs. Opgenomen in 1970 in de Abbey Road Studio's. Het bleek een rampzalige onderneming. Barrett had geen afgemaakte liedjes, zijn stem en geest waren weinig helder en hij wilde enkel experimenteren en losse flarden opnemen. Zijn brein was niet consistent genoeg om zich te concentreren op een album in plaats van een willekeurige verzameling half afgemaakte liedjes en probeersels. Desondanks bracht EMI de plaat uit omdat het de ex-voorman van Pink Floyd betrof. Dertig jaar later mag deze wanhopig eerlijke plaat waarop Barrett danste op de vulkaan een klassieker genoemd worden. Wat het daadwerkelijk ook is.
Barrett was niet bereid om interviews te doen en het handjevol liveshows dat hij deed (vaak met Gilmour op gitaar) strandden steevast in apathische toestanden, en zijn nieuwe band leek hem ook niet helemaal te begrijpen. Hij maakte nog een tweede album, simpelweg genaamd Barrett (november 1970) maar optreden zou hij nooit meer. Hij was een drugsgebruikende kluizenaar geworden. Of zoals we op z'n Hollands plachten te zeggen: hij had een klap van de molen gehad, psychisch. Al snel ging hij weer terug naar Cambridge om bij zijn moeder te wonen. Daar had hij genoeg aan een dagindeling van boodschappen doen, tuinieren, schilderen en tv kijken. De ster was voor eeuwig gedoofd. David Gilmour zorgde ervoor dat Barrett zijn royalties kreeg over de singles en albums die hij met Pink Floyd maakte, maar er kwam maar bar weinig terug. Onder de supervisie van doktoren en psychiaters leefde Barrett de rest van zijn leven, inwonend bij zijn inmiddels bejaarde moeder. Het is een tragisch verhaal van iemand die nog zoveel in zijn mars had terwijl niemand zijn kunst begreep. En hij kon het blijkbaar zelf ook niet waarmaken.
Er was nog een niet te vermijden incident. In 1975 was de 'nieuwe' Pink Floyd bezig met het opnemen van het nummer Shine on You Crazy Diamond. Een dikke kale man met afgeschoren wenkbrauwen kwam de studio binnen en nam zonder een woord te zeggen plaats op de bank naast de bandleden. Na een half uur zwijgzaamheid begonnen de jongens zich af te vragen wie die vreemdeling nu toch was. Het was een totaal onherkenbare Syd Barrett. Een Barrett die zomaar komt binnengewandeld tijdens de opnames van Wish You Were Here, een song van Waters die over hem gaat. Waters hield het niet droog. Vanaf midden jaren zeventig zijn er enkele door gluiperige persratten genomen foto's van Barrett in de pers verschenen. En een laatste muzikale stuiptrekking van demo's genaamd Opel. Vond de familie Barrett niet fijn. Heel Pink Floyd en vooral Roger Waters zit nu nog met een schuldgevoel: "wat als…?" Die vraag gaat niet meer beantwoord worden. De drie soloplaten van Syd Barrett zijn nu opnieuw uitgebracht door EMI. Syd Barrett stierf op 7 juli 2006 aan pancreaskanker. Shine on you crazy diamond.
Dit is een verhaal over vriendschap, naïviteit, onschuld, gekte en ego's. Het verhaal van de originele oprichter van Pink Floyd. De man die eind 1965 de flower power-tijd mede een gezicht gaf met zijn band The Pink Floyd Sound (later gereduceerd tot Pink Floyd). Syd Barrett (Cambridge, 6 januari 1946) was een buitenbeentje in het Cambridge van de jaren zestig. Zijn vader stierf toen Barrett (toen nog Roger Keith Barrett geheten) twaalf was, maar tegen die tijd had hij zich al ontwikkeld tot creatieveling. Hij schilderde en schreef korte gedichten. Het was dan ook niet vreemd dat het zwarte schaap van de familie aan de kunstacademie van Londen ging studeren.
Daar ontmoette hij muzikant Roger Waters. Al gauw begonnen ze in bandjes te spelen en de muziek van Pink Floyd viel op in een tijd dat veel Engelse bandjes Amerikaanse (blues)muziek probeerden na te bootsen. De liedjes die Barrett voor de eerste incarnatie voor Pink Floyd schreef, klonken totaal anders dan die van hun collegae. Middle class English. Ook zijn gitaarspel en de podiumpresentatie van zijn band waren compleet vernieuwend in Engeland. In 1966 werd The UFO Club geopend in het hippe Londen en Pink Floyd mocht er wekelijks aantreden als huisband. Al gauw wist heel uitgaand Londen waar het te doen was. Er bestaan videobeelden van Barrett en Pink Floyd uit die tijd. Hij zit voorovergebogen over zijn gitaar op een stoel en maakt feedbackherrie met een aansteker. Ondersteund door vloeistofprojecties. In dat hippe sfeertje waren de toen legale drugs als marihuana en LSD erg populair en Pink Floyd verzorgde graag de soundtrack met tergend lange, dreigende psychedelische jamsessies afgewisseld met wat meer songgericht materiaal uit de koker van Barrett, in wie de band volgens de NME een briljant songwriter had gevonden. In 1967 kwam hun eerste single voor EMI uit; Arnold Layne. Het publiek van de BBC radio omarmde het nummer, maar er was ook kritiek. Het nummer gaat namelijk over een travestiet die damesondergoed van waslijnen steelt en het dan voor de spiegel aantrekt. Dat kon echt niet door de beugel, vond de immer kritische Britse muziekpers.
Het nummer kwam desondanks vrij hoog in de hitlijsten en met hun tweede single See Emily play pakten ze de zesde positie in de UK charts. EMI kon haast niet wachten om met het getalenteerde viertal (gecompleteerd door drummer Nick Mason en toetsenist Rick Wright) de studio in te duiken voor het debuut. Waters stelde voor om naast de successingles ook wat van hun psychedelische livegeluid te laten horen, wat resulteerde in definitieve studioversies van Astronomy Domine en Instellar Overdrive. Syd Barrett en Roger Waters hebben er nooit een geheim van gemaakt dat ze samen LSD slikten, maar tijdens de promotie van The Piper at the Gates of Dawn ging Barrett zich steeds vreemder gedragen. Er bestaan filmpjes op YouTube van Barrett's eerste LSD-trip.
Soms stond hij anderhalf uur stoïcijns op het podium zonder een noot te spelen. Een andere keer verscheen hij bij een fotosessie met afgeschoren wenkbrauwen. De andere jongens wisten het ook niet meer en besloten om er maar een tweede gitarist bij te halen. Een jongen uit de buurt luisterend naar de naam David Gilmour. Hij moest een beetje op Syd letten, zeg maar. Zijn partijen opvangen als Barrett weer eens van de wereld was. Dat ging niet lang goed maar niemand durfde Barrett uit de band te gooien. Want hij was de bandleider, zanger en songwriter van Pink Floyd. Tot ze hem op een dag thuis gingen ophalen voor een optreden. Roger Waters stopte het toerbusje bij Barrett's voordeur, keek stilzwijgend achterom naar zijn bandmakkers die niet wisten waar ze moesten kijken en trok langzaam weer op. Zonder Barrett. En dat was het einde van Syd Barrett als artistiek leider en bandlid van Pink Floyd. In juni 1968 verscheen het tweede album van Pink Floyd, A Saucer Full of Secrets: een heel goede plaat met daarop nog enkele nummers van Barrett. Roger Waters trok de band steeds meer naar zich toe. Veel latere fans hebben dit 'overnemen' als hoogverraad gezien omdat Rogers nu de baas was. Gezien de geschiedschrijving klopt dat niet helemaal, maar daarover later meer.
In een reactie aan NME liet Barrett weten een solocarrière te willen starten. Mensen dichtbij hem vonden dat een paniekreactie en ook Waters had met hem te doen omdat het zo onhaalbaar leek dat Barrett ooit nog als succesvol muzikant zou wederkeren. Het verhaal ging dat hij gek was geworden van psychedelische drugs en psychiatrische aandoeningen. Barrett's vervanger David Gilmour nam het voor hem op en produceerde Barrett's eerste soloplaat: The Madcap Laughs. Opgenomen in 1970 in de Abbey Road Studio's. Het bleek een rampzalige onderneming. Barrett had geen afgemaakte liedjes, zijn stem en geest waren weinig helder en hij wilde enkel experimenteren en losse flarden opnemen. Zijn brein was niet consistent genoeg om zich te concentreren op een album in plaats van een willekeurige verzameling half afgemaakte liedjes en probeersels. Desondanks bracht EMI de plaat uit omdat het de ex-voorman van Pink Floyd betrof. Dertig jaar later mag deze wanhopig eerlijke plaat waarop Barrett danste op de vulkaan een klassieker genoemd worden. Wat het daadwerkelijk ook is.
Barrett was niet bereid om interviews te doen en het handjevol liveshows dat hij deed (vaak met Gilmour op gitaar) strandden steevast in apathische toestanden, en zijn nieuwe band leek hem ook niet helemaal te begrijpen. Hij maakte nog een tweede album, simpelweg genaamd Barrett (november 1970) maar optreden zou hij nooit meer. Hij was een drugsgebruikende kluizenaar geworden. Of zoals we op z'n Hollands plachten te zeggen: hij had een klap van de molen gehad, psychisch. Al snel ging hij weer terug naar Cambridge om bij zijn moeder te wonen. Daar had hij genoeg aan een dagindeling van boodschappen doen, tuinieren, schilderen en tv kijken. De ster was voor eeuwig gedoofd. David Gilmour zorgde ervoor dat Barrett zijn royalties kreeg over de singles en albums die hij met Pink Floyd maakte, maar er kwam maar bar weinig terug. Onder de supervisie van doktoren en psychiaters leefde Barrett de rest van zijn leven, inwonend bij zijn inmiddels bejaarde moeder. Het is een tragisch verhaal van iemand die nog zoveel in zijn mars had terwijl niemand zijn kunst begreep. En hij kon het blijkbaar zelf ook niet waarmaken.
Er was nog een niet te vermijden incident. In 1975 was de 'nieuwe' Pink Floyd bezig met het opnemen van het nummer Shine on You Crazy Diamond. Een dikke kale man met afgeschoren wenkbrauwen kwam de studio binnen en nam zonder een woord te zeggen plaats op de bank naast de bandleden. Na een half uur zwijgzaamheid begonnen de jongens zich af te vragen wie die vreemdeling nu toch was. Het was een totaal onherkenbare Syd Barrett. Een Barrett die zomaar komt binnengewandeld tijdens de opnames van Wish You Were Here, een song van Waters die over hem gaat. Waters hield het niet droog. Vanaf midden jaren zeventig zijn er enkele door gluiperige persratten genomen foto's van Barrett in de pers verschenen. En een laatste muzikale stuiptrekking van demo's genaamd Opel. Vond de familie Barrett niet fijn. Heel Pink Floyd en vooral Roger Waters zit nu nog met een schuldgevoel: "wat als…?" Die vraag gaat niet meer beantwoord worden. De drie soloplaten van Syd Barrett zijn nu opnieuw uitgebracht door EMI. Syd Barrett stierf op 7 juli 2006 aan pancreaskanker. Shine on you crazy diamond.