woensdag 30 april 2014

30 April Queen's Day

Er is niets zo moeilijk voor een artiest als hits scoren en als je eenmaal denkt een formule beet te hebben, dan moet je opletten dat je die formule niet tot op het bot verslijt, want dan haken de fans af. En als je om de spanning er in te houden iets nieuws wil uitproberen dan moet je opletten dat je niet te veel van je eigenheid verliest, want dan kijken de fans de andere kant op.
Wie zich daar weinig of niets van aantrokken en het klappen van de zweep maar al te goed kenden, was de Engelse groep Queen. Onder aanvoering van Freddy Mercury hadden die al van alles meegemaakt. Die waren ooit begonnen met de hit Killer Queen om dan iedereen met verstomming te slaan met het haast symfonische Bohemian rhapsody om  vervolgens een meezinger neer te zetten als We are the champions. Je zou dan denken dat we daarmee zowat alle stijlen gehad hebben die Freddy en zijn jongens aankonden, maar dat bleek niet waar te zijn, want in 1979 doken ze in de hitlijsten op met Crazy little thing called love. Geen baanbrekend stukje muziek, het was eerder een stukje rock and roll met daarin alle Queen – ingrediënten verwerkt om er voor te zorgen dat dit hun elfde hit en hun vierde nummer twee in Engeland zou worden. In Nederland werd het zelfs hun derde nummer 1. Mercury schreef dit liedje toen hij lekker lang uit in zijn bad lag in het Bayerischer Hof  in München. Zijn gitaar lag binnen handbereik. Freddy kende maar een paar akkoorden wat verklaart waarom het nummer ook zo eenvoudig klinkt. Elvis Presley zou het zo kunnen gezongen hebben. In amper tien minuten was het nummer klaar. Mercury speelde het eerst voor aan gitarist Brian May en miet het nadien in de studio horen aan bassist John deacon en drummer Roger Taylor. Er werd een paar keer meegespeeld en na enkele takes stond het nummer op band. Het zou ook de eerste keer zijn dat Mercury de ritmegitaar bespeelde op zijn platen. Ook al had Queen een eigen opnamestudio in Montreux, toch zouden ze naar de Musicland Studio’s ( eigendom van producer Giorgio Moroder) in München trekken omdat ze daar de sfeer beter vonden en omdat ze toch met de Duitse producer Reinhold Mack gingen samenwerken voor hun nieuwste album The Game. Mack zou als producer ook werken voor The Electric Light Orchestra. Freddy Mercury was trouwens peter van Reinhold’s derde zoon John Frederick.


In Amerika was het tot dan toe andere koek geweest. Daar bleef de absolute top haast onbereikbaar. Met Bohemian rhapsody had er al een negende plaats in gezeten en met We are the champions zelfs een vierde, maar met Crazy little thing called love lukte het wel. Vier maanden na hun Europees succes met dit nummer, gingen de Amerikanen de 23ste februari 1980 door de knieën. Het nummer had 9 weken nodig om de absolute top te bereiken. Nu was de singlerelease kantje boord geweest, want hun Amerikaanse platenfirma Elektra wilde Crazy little thing called love eerst niet op single releasen. Pas nadat deejay’s het in de gaten hadden gekregen en singles uit Europa lieten overkomen, gaven ze toe. Ze zouden dat succes in Amerika nog één keer overdoen, tot op één geraken van de top honderd, en wel met Another one bites the dust.