zaterdag 30 maart 2013

John Cage "4'33"




In 1951 bracht de Amerikaanse avant-gardecomponist John Cage (1912-1992) een bezoekje aan een geluidsdichte kamer op de Universiteit van Harvard. Het leek hem reuze interessant om eens te ervaren hoe het zou zijn om helemaal niets te horen. Vreemd genoeg was het in de kamer helemaal niet zo stil: Cage hoorde constant een hoog en een laag geluid. Volgens de technicus die Cage naderhand aansprak, was de ruimte wel degelijk geluidsdicht: hij had zijn eigen bloedsomloop en zenuwstelsel gehoord.

Cage was bijzonder geamuseerd en zag in deze belevenis de bevestiging van een theorie waar hij al een tijdje aan werkte: de rol van toeval in muziek. Deze theorie zou een jaar later uitmonden in de première van 4'33", ook wel bekend als ‘the silent piece’. Het stuk bestaat uit vier minuten en 33 seconden stilte (hoewel de lengte variabel is), verdeeld in drie ‘gedeeltes’. De eerste opvoering vond plaats op 29 augustus 1952 in New York: pianist David Tudor kwam aanlopen, nam plaats achter een vleugel, sloot het deksel om aan te geven dat hij was begonnen en startte een stopwatch. Een tijdje later opende en sloot hij het deksel weer om het eind van het eerste gedeelte aan te geven, en herhaalde dit voor de overige twee delen.

Met andere woorden: Tudor raakte tijdens de uitvoering geen toets aan. Het publiek reageerde nogal ongemakkelijk; men begon zenuwachtig te kuchen, met de voeten te schuifelen en driftig door het programmaboekje te bladeren. En dat is precies wat Cage voor ogen stond: absolute stilte bestaat niet zonder zijn aanvullende tegenhanger, geluid. Stilte wordt door Cage geherdifinieerd als de afwezigheid van intentioneel geluid. Bij 4'33 staat niet zozeer het 'niet spelen' centraal, als wel de geluiden die je anders niet zou horen en op die manier uitgroeien tot de compositie zelf. Maar goed, je kunt dit alles ook té serieus nemen en sommigen zien in 4'33 een heuse aanklacht tegen muziek, ja zelfs het einde van muziek zoals we dat kennen...

donderdag 28 maart 2013

Tom & Dick



Tom Poederbach en Dick Swaneveld bereikten eind jaren zestig de eerste plaats in de hitparade met hun zelf geschreven “Bloody Mary”. Niet lang daarna werd producer Peter Koelewijn gevraagd bij “het team” te komen. Hij nam twee platen met het duo op: “Ome Janus” en “Ik kan echt geen dag meer wachten”, waarvan de laatste in de hitparade verscheen.

Na het enorme succes van Bloody Mary moeest er natuurlijk een LP komen, die producer Peter Koelewijn maakte. De meeste liedjes zijn van het duo Tom Poederbach en Dick Swaneveld, al of niet samen met Peter, Cees Schrama en Job Maarse. De laatste deed het merendeel van de arrangementen.

Dick Swaneveld zegt zelf over de begin periode van zijn samenwerking met Tom Poederbach:

"We hadden onder de naam "Tom & Dick v/h Poody" al een single gedaan ("Terug naar de natuur") en daarmee een zelfgeregeld optreden voor TV versierd in Frascati bij Mies Bouwman's "Mies-en-scene". Dit liedje staat overigens ook op de LP van ons.

We werkten beiden voor TV en kwamen Mies dus ook gewoon in het wild tegen, werkten ook regelmatig met regisseur Leen Timp, kenden de producers, Hans Peters en Henk Bongaars (Henk van Dorp nu). We lieten Mies de tape horen en stonden een paar dagen later live op tv. Zo ging dat toen nog.

Ook hadden we al "Het wijnlied" gezongen in het VARA-TV programma "Zomaar een zomeravond". Voor dat zelfde programma hebben we ook nog een aantal korte filmpjes gemaakt met gefilmde grappen. Een alleen door Tom prachtig gedeclameerde tekst van "Witte Rozen" van de Zangeres zonder Naam, door mij op de achtergrond subtiel voorzien van fraaie orgelmuziek van het Adagio van Albinoni is nog vóór Bloody Mary, door de KRO-radio "Tussen 12 en 2" uitgezonden. Na wat reacties van boze luisteraars moest presentator Felix Huizinga publiekelijk excuses aanbieden en beloven de tape nooit meer uit te zenden".

dinsdag 26 maart 2013

Uit de oude (foto-)doos...

1966: The Rolling Stones in Den Bosch, met Bintangs, Outsiders, Ferraris, Bumble Bees en...Peter and the Blizzards. Wie? Even YouTuben...


zondag 24 maart 2013

Johnny Cash top 50: nummer 9 What is Truth


What is Truth is de hit uit 1970. Geschreven door Cash zelf en in tegenstelling tot alle vorige nummers genoemd in de Johnny Cash top 50 niet verschenen op een elpee of CD. "Single Only" dus, volgens de discografieën.

vrijdag 22 maart 2013

Nee, natuurlijk zijn we bij Gerrit en de Krekels de panfluit niet vergeten...:

Nee, natuurlijk zijn we bij Gerrit en de Krekels de panfluit niet vergeten...:

Geen beeld ? Accepteer cookies op de video !

donderdag 21 maart 2013

Johann Sebastian Bach

Op 21 maart 1685  werd in Eisenach Johann Sebastian Bach geboren. Naast Mozart behoort Bach tot de meest gewaardeerde componisten ooit geleefd. Zijn uitgebreide oevre wordt niet alleen dagelijks op de klassieke muziekpodia ten gehore gebracht, maar inspireerde ook popmuzikanten.
Bezetting:
Peter de Leeuwe   drums Dick Remelink   saxofoon Cor Dekker   basgitaar Rein van den Broek   flugelhorn, trompet Rick van der Linden   arrangeur, dirigent, orgel, toetsinstrumenten


woensdag 20 maart 2013

In Alle Staten: Arizona

De 51 Amerikaanse staten hebben ieder zo hun eigen favoriete en succesvolle artiest.
In de komende 51 afleveringen komen alle staten aan bod met een kort overzicht van de artiesten die, behalve er geboren zijn, zich het meest met die staat identificeerden. Bekende voorbeelden: Arkansas-Johnny Cash, Californië-Brian wilson (Beach Boys), Georgia-Ray Charles en Texas-Buddy Holly.

Maar wie vertegenwoordigt Hawaii, Alaska, Florida of New York ?

In deze derde aflevering:
Arizona
USA
Vrouwelijk schoon vertegenwoordigen Arizona: Linda Ronstadt, Stevie Nicks, Michelle Branch.
Maar ja...toch is de bekendse artiest Charles Mingus (1922-1979).

Charles Mingus jr. was een Afro-Amerikaanse contrabassist, pianist, componist en orkestleider die met name in de late jaren vijftig en de vroege jaren zestig een van de toonaangevende figuren in de jazz was.
Kenmerkend voor het werk van Mingus is de combinatie van in de big band- en rhythm and blues-traditie gewortelde arrangementen met bebop-achtige improvisaties. Het album The Black Saint and the Sinner Lady (1963) wordt door velen als Mingus' meesterwerk beschouwd. Mingus Ah-um (1959) en Mingus Mingus Mingus Mingus Mingus (1963) zijn toegankelijke kennismakingen met zijn werk.
Charles Mingus stond bekend als een grillige, soms opvliegende persoonlijkheid die periodes van manische bedrijvigheid afwisselde met maandenlange lethargie. Hij wordt wel beschouwd als de aanstichter van de vooral onder rock 'n' roll-artiesten populair geworden gewoonte om op het podium muziekinstrumenten te vernielen.

maandag 18 maart 2013

De zoon van...

Je zult maar de zoon zijn van...
Jakob Dylan, geboren in 1969, startte in de jaren '80 met zijn band The Wallflowers. Niet helemaal onverdienstelijk. De groep had in 1997 zelfs een top 10 succes met "One Headlight", geproduceerd door familievriend T Bone Burnett.

zaterdag 16 maart 2013

Ragtime



Ragtime is een vrolijke muziekstijl uit de Verenigde Staten die voortkomt uit een combinatie van vooral de march, populair gemaakt door John Philip Sousa (bekend om zijn militaire en patriottistische marsen), en de syncopen van de Afrikaanse drums, die de negerslaven in de Verenigde Staten niet vergeten waren. De muziek die zij maakten werd ‘patting juba’ of ‘clapping juba’ genoemd. Ook in andere landen waar Afrikaanse slaven waren was dit te horen.
Het hoogtepunt van de ragtime is ongeveer tussen 1895 en 1917. In deze tijd werd het in alle saloons, maar ook andere uitgaansgelegenheden, gespeeld.
Het allereerste begin van de ragtime is onbekend. Waarschijnlijk is het in het Zuiden van de Verenigde Staten ontstaan. Hier werden in de jaren 1850- 1860 muziekstukken voor de banjo gepubliceerd, waarin de levendige ritmes van deze muziekstijl voorkwamen. De banjo- muzikanten konden net zo op de piano spelen als op de banjo. De syncopen, wat ragtime ragtime maakt, waren nog niet op papier te vinden in deze publicaties. Dit begon in bladmuziek pas na 1880 te verschijnen. Het gebruik van de syncopen werd door Europese klassieke componisten, zoals Claude Debussy, ook gebruikt voor hun stukken.
In saloons en bordelen werd door zwarte muzikanten uit het hoofd gespeeld. De muziek die zij speelden was nergens op papier te vinden, en is waarschijnlijk voor het grootste deel gebaseerd op Afrikaanse drum- muziek (hierin kwamen de syncopen veel voor). Voor een kleiner deel is hun muziek op de ‘fiddle’ muziek van blanke immigranten in het Zuiden geïnspireerd. Zonder mensen die erg muzikaal waren (die toch soms niet hadden geleerd om muziek te spelen) was ragtime niet ontstaan.
De manier waarop zij speelden word ‘ragging’ genoemd. Dit is het spelen van een bestaand stuk waarbij je de waarde van de noten verandert, waardoor het effect van ragtime ontstaat. De naam van ragtime komt van ragged- time, oftewel de tijdsduur (time) van de noten is uit elkaar gehaald en veranderd, d.w.z. op punten waar je het niet verwacht staat wel een noot (met natuurlijk een bepaalde tijdsduur), en andersom ook. (ragged)
Aan het einde van de 19e eeuw werden er door ‘zwarte’ bands jigs, two- steps en marches gespeeld, wat erg populair was. Wat ook meegeholpen heeft aan de ontwikkeling van ragtime, is cakewalk. Dit is veel minder complex maar heeft veel overeenkomstigheden met ragtime. Bij beide soorten zijn er bijvoorbeeld vier gedeeltes (strains) in een muziekstuk. Een cakewalk is een dans die slaven dansten, waarbij ze als prijs een cake kregen (Als dit niet zo was werd het ook wel een chalkline- walk of een walk- around genoemd). Uit deze muziekstijlen, vooral uit de marches, samen met de syncopen van de Afrikaanse drums, is de ragtime ontstaan.



In 1893 werd ragtime bekender, ook onder mensen die niet in de saloons kwamen. Dit was het gevolg van de Chicago’s World Fair, die tussen mei en oktober van dat jaar door 27 miljoen mensen is bezocht. Hier werd ragtime gepresenteerd door verschillende muzikanten, waaronder Ben Harney. Op de fair werden veel ragtime stukken nog ‘coon songs’ genoemd. Dit is namelijk de benaming voor liedjes met racistische teksten tegen zwarte mensen, die vaak volgens het ragtime- principe zijn gecomponeerd. Ragtime werd steeds populairder en zelfs de verkoop van piano’s ging omhoog. Maar niet iedereen was er blij mee. De ‘American Federation of Musicians’ bijvoorbeeld noemde ragtime ‘unmusical rot’ en ‘musical trash’.
In 1895 werd het door Ben Harney gecomponeerde ‘You’ve Been a Good Old Wagon But You Done Broke Down’ uitgegeven. Dit is volgens sommigen het eerste ragtime stuk (liedje) in de geschiedenis. De componist noemde zich de ‘Originator of Ragtime’ (de persoon die aan de wieg van de ragtime stond). Zijn stuk volgde niet de traditionele manieren van de rags.



In 1895 werden er twee liedjes in ragtime- stijl uitgegeven die gecomponeerd waren door de zwarte entertainer Ernest Hogan. Hierover over werd gezegd dat er bij deze rags op papier werd gezet wat veel muzikanten al lang uit hun hoofd speelden, maar wat nog nooit gedocumenteerd was. De liedjes waren ‘La Pas Ma La’ en ‘All Coons Look Alike to Me’, wat de opvallendste ‘coon song’ werd.
In oktober 1897 werd de door Theodore H. Northrup gecomponeerde ‘Louisiana Rag’ uitgegeven. De mensen die vinden dat dit de eerste rag is, vinden dat eerdere gepubliceerde ‘rags’ eigenlijk cakewalks zijn (waaronder dus de ‘Mississippi Rag’). De Louisiana rag moet niet verward worden met de Louisiana rag van Leon Block uit 1911.
Scott Joplin...

donderdag 14 maart 2013

De Spaanse gitaar

De Spaanse gitaar is de gitaar die in het begin van de 20e eeuw erg populair is geworden. In eerste instantie had dit type gitaar darmsnaren, maar in de jaren 30 van de 20e eeuw werden deze vervangen door 3 nylon snaren en 3 snaren van metaal-omwonden zijdevezels. Deze verandering maakte dat de gitaar veel makkelijker te stemmen was en ook beter gestemd bleef.

De Spaanse gitaar heeft een mensuurlengte van 65 cm(de mensuurlengte is de afstand van de topkam tot de kam, de volledige snaarlengte.) De stemmechanieken zitten aan de zijkant van de kop, elk 3 aan een kant en bedienen stangetjes in 2 “sleuven” waar de snaren omheen worden gewonden. Hierdoor kunnen de snaren worden aangespannen of ontspannen om de toonhoogte te veranderen. De toets is meestal van ebbenhout of donker palissander. De hals wordt vaak uit mahonie of cederhout vervaardigd, de hals is breder en korter dan bij een gitaar met stalen snaren en heeft maar 19 frets, welke ter hoogte van de 12e fret bij de klankast komen.

Het bovenblad van de klankkast is vaak van Europees dennen- of sparrenhout en de zijkant en het achterblad palissander. Het gebeurt ook wel dat andere hardhoutsoorten zoals notenhout, esdoorn of beukenhout worden gebruikt.

De kam heeft gaatjes waardoor de snaren worden gestoken en vervolgens worden vastgeknoopt. Spaanse gitaren kunnen ook met ingebouwd element worden uitgevoerd. Er wordt dan een elementje onder de brugkam geplaatst. Op deze manier kun je op het podium of oefenruimte de gitaar uitversterken.

dinsdag 12 maart 2013

Balalaika

Er zijn meer snaar- en tokkelinstrumenten te gebruiken dan de gitaar, de ukelele, de bas, de luit,de...
Balalaika. 

zondag 10 maart 2013

Pop in je moerstaal

Als de eerste Nederlanders rock ‘n’ roll gaan maken doen ze dat haast vanzelfsprekend in hun eigen taal. Peter Koelewijn heeft met zijn Rockets een enorme hit met Kom Van Dat Dak Af, Rob de Nijs breekt door met Ritme Van De Regen en ZZ en de Maskers bezingen Dracula. Dat verandert als in 1964 The Beatles de wereld veroveren. Jongeren voelen zich deel van een wereldwijde beweging. Voor hen is het logisch dat de muziek wordt gezongen in een universele taal: het Engels. De nieuwe beatbands zingen allemaal in het Engels, of ze dit nu beheersen of niet.



Luisterliedjes

De eerste Engelse beatgroepen worden gevormd door studenten van de kunstacademie. In Nederland zijn het vooral arbeidersjongens die zich bezig houden met beatmuziek. Studenten luisteren meer naar het Franse chanson. Boudewijn de Groot brengt luisterliedjes in het Nederlands. Hij en zijn vaste tekstdichter Lennaert Nijgh gaan bovendien succesvol mee met hun tijd en schrijven ook protestliederen naar Amerikaans model. (o.a. Welterusten Meneer De President) en psychedelische hippiepop (Het Land Van Maas En Waal). Binnen de popmuziek wordt het Engels echter steeds dominanter. Wie in het Nederlands zingt hoort er niet bij en wordt tot het theater, het cabaret of het levenslied gerekend. Ook Boudewijn de Groot ervaart die druk. Ondanks zijn succes schakelt ook hij over op het Engels.



Rage

In de jaren zeventig scoren enkele oudgedienden (Peter Koelewijn, Rob de Nijs en toch weer Boudewijn de Groot) hits in het Nederlands. Anderen danken hun succes niet aan hun taal maar aan hun politieke betrokkenheid (Bots) of bijzondere achtergrond (de dialectpop van Normaal). Ook Doe Maar wordt gezien als een curiositeit, totdat in 1982 het tij begint te keren. Door de economische crisis en het snel groeiende aantal kernwapens zijn jongeren bang. Ze zoeken de warmte van muziek die dichtbij hen staat en verstaanbare teksten. De jongste generatie is niet opgegroeid met het vooroordeel tegen Nederlandstalige pop. Als met de komst van bassist/zanger Henny Vrienten ook reggae wordt toegevoegd aan de muziek van Doe Maar, breekt de band door. Sinds 1 Dag Of 2, Doris Day, Is Dit Alles? en De Bom worden hits en veroorzaken een heuse Doe Maar-rage. Het succes opent de deur voor andere Nederlandstalige bands: Toontje Lager, Het Goede Doel, Het Klein Orkest en de Frank Boeijen Groep. Het publiek van de Nederlandstalige bands is jong. Hun belevingswereld staat in schril contract met de vaak wereldwijze teksten, maar het succes is er niet minder om. Als in 1984 Doe Maar ermee stopt, waait de rage over. Het zingen in je moerstaal blijkt echter voorgoed geaccepteerd. De Dijk, Tröckener Kecks en The Scene ontwikkelen een geluid dat typerend wordt voor de Nederlandstalige rock: een drijvende beat, een lyrische tekst en rauw aangezette zang. In de jaren negentig wordt deze traditie voortgezet door Van Dik Hout en Bløf.



Volkshelden

De opkomst van commerciële televisie vanaf 1989 heeft een grote invloed. Er komt veel meer zendtijd beschikbaar en programma’s met Nederlandse artiesten zijn relatief goedkoop te maken. Vooral het levenslied profiteert hiervan. André Hazes wordt een volksheld, net als Frans Bauer en Marianne Weber. De publieke omroep antwoordt met de shows van cabaretier Paul de Leeuw, die veel Nederlandstalige vocalisten (o.a. Ruth Jacott) en collega-cabaretiers (o.a. Acda + De Munnik) als gast heeft. Het zingen in het Nederlands wordt haast een voorwaarde voor succes, merkt ook de zingende pizzabakker Marco Borsato. Na enkele hitjes in het Italiaans, gescoord na zijn overwinning in een televisietalentenjacht, lijkt het met zijn carrière gedaan. Een laatste poging in het Nederlands bezorgt hem echter een enorme hit: Dromen Zijn Bedrog. De combinatie van Italiaanse romantiek en Nederlandstalige rock blijkt een schot in de roos. Samen met liedjesschrijver John Ewbank creëert hij een oeuvre dat ongeëvenaard is in kwaliteit en succes.
Regionale fenomenen

Het succes van de Nederlandstalige pop opent ook de deuren voor groepen en artiesten die in de streektaal zingen. Normaal krijgt gezelschap van Rowwen Hèze (Limburg), Skik (Drente), Jovink & De Voederbietels (Achterhoek), Gé Reinders (Limburg) en De Kast (Friesland). Ook andere lokale fenomenen groeien uit tot landelijke helden, zoals Guus Meeuwis (Brabant), Bløf (Zeeland) en Jannes (Drenthe).

Het nieuwe millennium wordt ingeluid met een succesvolle reünie van Doe Maar. De meisjes van dertien uit de vroege jaren tachtig zijn inmiddels dertig, maar laten zich opnieuw massaal de harten op hol brengen. Ook Boudewijn de Groot maakt een succesvolle comeback. Het voormalige Volendamse kindsterretje Jan Smit groeit uit tot een idool met zelfgeschreven popliedjes als Als De Morgen Is Gekomen en Cupido. In zijn kielzog neemt hij dorpsgenoten Nick & Simon mee. Dat Nederlandstalig ook samen kan gaan met een eigenzinnige muzikale begeleiding bewijst multi-instrumentalist Spinvis.



Nederhop

Na de millenniumwisseling komt de Nederlandstalige hiphop sterk op. Deze vorm van praatzingen ontstaat eind jaren zeventig in de Amerikaanse sloppenwijken. Als stijlvorm bereikt ze Nederland al in de jaren tachtig. DJ Sven & Miker G scoren een hit met de Holiday Rap en rapper Rude Boy is de frontman van de internationaal succesvolle Urban Dance Squad. De Osdorp Posse en Extince zijn de eersten die in het Nederlands rappen. Naar goed gebruik binnen de hiphop dissen (= zwartmaken) de beide kemphanen elkaar voortdurend. Lange tijd is hiphop in Nederland een marginaal verschijnsel, maar na de millenniumwisseling dringen de Osdorp Posse, Extince, Def Rhymz, Brainpower, Opgezwolle en Lange Frans & Baas B door tot de hitparade en is het rappen in het Nederlands een tijdlang een rage.

vrijdag 8 maart 2013

Perfect Day

Het bekendste nummer van Lou Reed is zonder twijfel het prachtige 'Perfect Day'. Volgens velen is het een liefdesliedje voor Reeds toenmalige verloofde (en later eerste vrouw) Bettye Kronstadt. Een ode aan een perfecte dag die hij met haar doorbracht. Het is een van de hoogtepunten op Reeds album 'Transformer' uit 1972, maar ook in een latere en zeer afwijkende uitvoering een hoogtepunt op zijn op gedichten van Edgar Allen Poe geïnspireerde cd 'The Raven' (2003).
Het door David Bowie en Mick Ronson geproduceerde 'Perfect Day' bereikte pas een groot publiek toen het in 1996 werd gebruikt in de film 'Trainspotting' van regisseur Danny Boyle. Het nummer begeleidt een scène waarin Ewan McGregor als junkie Mark Renton een overdosis heroïne neemt. Pas toen deze scène uitgroeide tot een cultureel fenomeen, telden Reed-fans een en een bij elkaar op. Want toen Lou Reed 'Perfect Day' schreef, was hij zelf ook aan het worstelen met heroïne. Teksten als 'You just keep me hanging on', 'I thought I was someone else, someone good' en vooral 'You're going to reap just what you sow' zijn uiterst herkenbaar voor junkies.

Toch zit Reed er niet mee als zijn nummer voor romantische doeleinden wordt gebruikt. Hij werkte zelfs mee aan de liefdadigheidssingle waarin een keur aan artiesten (van Bono tot Tom Jones en van Elton John tot Emmylou Harris) het nummer onder handen neemt. Er gingen in 1997 meer dan een miljoen stuks van deze versie over de toonbank. Tal van artiesten hebben een cover van het nummer opgenomen, onder wie Coldplay, Patti Smith, Kirsty MacColl, Chris Whitley en Duran Duran. Volgens Reed zelf is de versie van laatstgenoemde band de 'ultieme Perfec Day': ''Ik vind de versie van Duran Duran beter dan die van mezelf.''

woensdag 6 maart 2013

Pink Floyd - Dark Side Of The Moon


De ironie en het sarcasme van Pink Floyd-frontman Roger Waters zijn door velen nooit goed begrepen. Talloze mensen dachten bijvoorbeeld dat Pink Floyds 'Money' een lofzang op geld en kapitalisme was. Logisch, want het nummer (afkomstig van 'Dark Side of the Moon' uit 1973) zorgde ervoor dat de groep miljoenen lp's verkocht. Maar in feite is het een bijtende protestsong, die anno 2010 nog altijd bijzonder actueel is. Jaren later werd de zinsnede ''new car, caviar, four star daydream, think I'll buy me a football team'' uit 'Money' gebruikt in de speelfilm 'The Wall'. Als hoofdpersoon Pink stiekem in de klas een gedichtje aan het schijven is, wordt hij betrapt. ''It's rubbish, laddy!'' jent zijn leraar, die de tekst luid voorleest. ''Now get back to work!''
Het gerucht gaat dat als je 'Dark Side of the Moon' tegelijkertijd afspeelt met de film 'The Wizard of Oz', beeld en geluid exact synchroon lopen. Roger Waters heeft dit altijd ontkend, maar als je dit inderdaad doet, begint de overgang van zwart-wit naar kleur grappig genoeg precies op het moment dat je het eerste muntgerinkel van 'Money' hoort. Waters heeft voor de opname eigenhandig muntjes in een weegschaal staan gooien en de boel dusdanig verknipt dat het gerinkel een ritmisch geheel vormt. In die tijd waren er nog geen digitale opname-middelen beschikbaar en voor deze sessie was naar verluidt meters en meters aan tape nodig.

dinsdag 5 maart 2013

Johnny Cash top 50: nummer 10 Get Rhythm


Deze opname is uit 1993, maar Get Rhythm, waarmee de top 10 aftrapt, debuteert als B-kant op de single I Walk The Line, Cash' eerste nummer 1 hit uit 1956. In 1969 werd het als A-kant uitgebracht met daarop wat extra geluidseffecten om het meer "live" te laten klinken. Uiteraard geschreven door Johnny Cash zelf.

zondag 3 maart 2013

Hocus Focus Pocus

Hocus_pocus_usHocus Pocus van Focus komt op 3 Maart 1973 de Billboard Hot 100 binnen. Hocus Pocus is eerder al op 10 Juli 1971 de Top 40 binnengekomen. Op de B-kant staat dan het nummer Janis. Focus bestaat dan uit: Thijs van Leer (zang, fluit, toetsen), Jan Akkerman (gitaar), Cyriel Havermans (bas) en Pierre van der Linden (drums). Hocus Pocus staat in 1971 zeven weken in de Top 40, met als hoogste notering een 10e plaats. In 1973 wordt het nummer opnieuw opgenomen, dit keer met Bert Ruiter op basgitaar. Deze uitvoering is sneller dan de originele, en is speciaal bedoeld voor de Amerikaanse markt. Deze keer staat het nummer Sylvia op de B-kant. Hocus Pocus in de Amerikaanse uitvoering haalt op 2 Juni 1973 een negende plaats in de Billboard Hot 100.

vrijdag 1 maart 2013

The Incredible String Band

Een van de meest vreemde Engelse groepen uit de jaren zestig is ongetwijfeld The Incredible String Band (we hebben er al eerder aandacht aan besteed). De groep vierde hun grootste successen tijdens de hoogtijdagen van de flower power, en werd door liefhebbers van psychedelische muziek op handen gedragen. The Incredible String Band experimenteerde volop met exotische muziek uit het Midden-Oosten, gecombineerd met traditionele Engelse en Schotse folk en Amerikaanse bluegrass. En dat leverde een bijzonder geluid op, zeker voor die tijd.



De grote doorbraak kwam met hun ambitieuze derde album 'The Hangman's Beautiful Daughter' uit 1968. Mike Heron en Robin Williamson, de oprichters van de groep, leefden zich uit op onder andere sitars, gimbri (een soort Arabische viool), mondharpen, panfluiten en een chahanai, staken ondertussen nog maar eens een jointje op, vroegen hun vriendinnen om eens mee te zingen en sleutelden al improviserend het album in elkaar. Verbazingwekkend dat 'The Hangman's Beautiful Daughter' toen zo'n succes was; als je het album nu beluistert, klinkt het meer als een eigenaardige en onsamenhangende collage, met tal van wereldvreemde ideeën en songteksten waar ik eerlijk gezegd geen chocolade van kan maken - kortom, iets dat alleen in de psychedelische jaren zestig gebrouwen kon worden. En tegelijk ontdek je waar bijvoorbeeld The Rolling Stones ten tijde van 'Their Satanic Majesties Request' de mosterd vandaan haalden.

Na een niet zo bijzonder geslaagd optreden op Woodstock en een tegenvallend vierde album, besloot The Incredible String Band zich meer te richten op theatrale rock, maar dat was geen succes en in 1974 viel de groep uit elkaar. Dertig jaar later werd de draad weer opgepakt, en de formatie tourt nu nog steeds - hoewel Robin Williamson ontbreekt.