De bandleden drinken zich flink in voordat ze voor de opnames in de studio in Hilversum arriveren. De stemming tegen de ‘kapsoneslijers in Hilversum’ is in de bus ook al flink opgevoerd. Wanneer vervolgens een vrouwelijke floormanager een verkeerde opmerking maakt in de trant van ‘boerenhufters…’ is de beer los. Er wordt een spiegel stuk geslagen in de kleedkamer, lampjes sneuvelen. Enkele dagen later beschrijft De Telegraaf de gebeurtenissen op eigen kenmerkende overtrokken wijze. De band had in Hilversum alle normen van de beschaving met voeten getreden en de studio zo’n beetje gesloopt. Zo maakt het westen, mede met dank aan het grootste ochtendblad, kennis met het oosten. En het werkt. Normaal, was de boodschap, is geen gewone band, maar een ‘superruige’ boerenpunkband.
Op dinsdagavond 26 april 1977 kan heel Nederland op televisie meegenieten van de rebellie die eerder die week ‘vanzelf’ was uitgebroken in het brave Hilversum. Tussen rookdampen en opwaaiend stro staat Ben na te trillen van de arrogantie die over hem heen was gekomen. Binnen een paar weken staat ‘Oerend Hard’ op nummer twee van de nationale hitparade. De boerenrock in de eigen taal is nu landelijk erkend en zal de weg vrij maken voor talloze bandjes die de eigen streektaal in ere willen houden. Met dank aan Bennie Jolink en zijn kornuiten.