Pokey LaFarge heeft een rare naam, ziet eruit als een dorre ambtenaar en speelt ouderwetse countrymuziek. Korte, swingende liedjes met sterke teksten vol humor, gegoten in arrangementen vol verrassingen. Zijn band is veelzijdig en hecht en de timing is altijd perfect. Genieten.
De band waar Pokey LaFarge zich mee omringt bestaat uit Joey Glynn (staande bass en zang), Ryan Koenig (wasbord, mondharmonica en zang) en Adam Hoskins (gitaar en zang). Ze maken veel gebruik van "Sweet Harmony" in hun samenzang. Het samenspel heeft de typische cadans, die in de vroegere muziek zo duidelijk naar voren komt. Er is veel ruimte om te soleren voor de muzikanten. De gitaarsolo wordt snel opgevolgd door een trompetsolo, terwijl de ritmegitaar doordendert als een stoomtrein.
De stem van Pokey LaFarge is ietwat nassaal en zacht van aard, het doet denken aan een kruising tussen Gilbert O'Sullivan en Chris Volpe (voor wat die vergelijking waard is:). De zang straalt van gemoedelijkheid en onbezorgdheid. En dat geldt voor de muziek ook, het kabbelt als een kalm beekje rustig door. Het lieflijke beekje staat natuurlijk in groot contrast tot de Shenandoah en Mississippi. Deze grote rivieren zijn al zo vaak bezongen en ook op dit album worden ze geroemd. Naast deze blijde herkenning staan de teksten bol van dansende meisjes en whiskey drinkende jongens.
Voor wie onbekommerd wil genieten van oude muziek wordt volmaakt tevreden van "Middle of Everywhere". Voor wie onbeperkt wil dansen is het album prefect om te swingen. Voor wie liever in een schommelstoel zit, nippend van zijn Kentucky Bourbon, is het een aanrader. De plaat is een juweeltje, een moderne uitvoering van historische muziekstijlen.