zondag 18 november 2012

Enrico Macias


Enrico Macias werd geboren op 11 december 1938 als Gaston Ghrenassia in Ain Abid (Constantine) als zoon van een Sefardisch Joods gezin. Zijn vader was violist in het orkest zegt Raymond Leyris (Cheikh Raymond) gespecialiseerd in arabisch-Andalousische muziek (Maalouf) , maar Enrico leert ook gitaar spelen van zijn zigeunervrienden. Zij geven hem de bijnaam “de kleine Enrico”.
Zijn artiestennaam berust eigenlijk op een vergissing. Waarschijnlijk heeft de secretaris van de platenmaatschappij zijn naam verkeerd begrepen aan de telefoon. Enrico had “Nassia” gezegd, maar de secretaris heeft Macias verstaan. Het is zo gebleven.
In 1956 trad hij toe tot het orkest van Cheikh Raymond. Wanneer deze in juni 1961 wordt vermoord door het FLN verlaat de familie Ghrenassia Algerije. Op 29 juli 1961, elf maanden vóór het einde van de oorlog in Algerije,vestigt het gezin zich te Argenteuil.

In Parijs werkt Enrico erg hard tot hij uiteindelijk het voorprogramma mag verzorgen van Gilbvert Bécaud. Hij komt op TV in de uitzending “Cinq Colonnes à la Une”. Hij brengt er “Adieu à mon Pays”. Dit lied wordt het symbool van de ballingschap van de zgn “Pied Noir”, een term die werd gebruikt om de kolonisten in Algerije aan te duiden tot het einde van de Frans-Algerijnse oorlog in 1962.. Gaston wordt nu definitief Enrico Macias.

Zijn oorpronkelijk publiek zijn de Pieds Noirs. Ze zien Macias als een vertegenwoordiger van hun gemeenschap. Hij is echter meer.
In 1965 krijgt zijn prachtige lied “Les gens du Nord” werelwijd veel aandacht. Volgt “Non je n’ai pas oublié”, “Enfants de tous pays” en vooral “Les filles de mon pays ».
Het volgende jaar treedt hij in Moskou op voor 120.000 mensen in het stadium van Dinamo Moskou. Hij heeft ook succes in Japan.
In mei 68 staat hij in Carnegie Hall. Enrico Macias is een wereldvedette.
De stijl van zijn muziek evolueert naar een minder uitgesproken orientale muziek en toegankelijker voor het grote publiek. Steeds blijft het orientale echter doorklinken. Zijn roots is hij nooit vergeten.