In 1928 maakte regisseur Edwin Carewe de meest geslaagde verfilming van de in 1884 verschenen succesroman van Helen Hunt Jackson “ Ramona “, het ontroerende verhaal van de halfbloed Ramona del Rio die door een Spaanse rancher in zijn familiekring wordt opgenomen waar ze verliefd wordt op diens zoon Drew. Tegen de verwachtingen in trouwt ze echter met een Indiaan, Baxter , die wat later de dood vindt nadat hij beschuldigd is geworden van paardendiefstal . Hun enig dochtertje wordt op een wreedaardige manier door outlaws vermoord . Begrijpelijk dat Del Rio dit niet in haar eentje kan verwerken. Zij lijdt voortdurend aan geheugenverlies. Haar eerste geliefde Drew ontfermt zich over haar en wanneer hij voor haar het liedje Ramona zingt , krijgt ze stilaan opnieuw vat op de realiteit .
Ramona werd een regelrechte wereldhit. Niet via de radio,want die stond nog in haar kinderschoenen en platen vond je in die tijd met mondjesmaat. De pianopartij werd een goudmijn in onvervalste Tin – Pan – Alley – stijl . ( een naam die synoniem is aan de populaire liedjesindustrie van de Amerikaanse lichte muziek van de eerste helft van de 20ste eeuw . Die muziekuitgeverijen waren bijna allemaal gehuisvest op 28th street in New – York en het was componist Monroe H. Rosenfeld die de naam Tin Pan Alley bedacht omdat hij hun composities als “ketelmuziek “ bestempeld e ). Alle café – en bioscooporkesten , bespelers van pianola’s, orgeldraaiers en straatzangers waar ook ter wereld speelden en zongen het .
Ramona werd in 1927 gecomponeerd door Mabel Wayne ( geboren 16 juli 1904 in Brooklyn , New – York ) op een tekst van L. Wolfe Gilbert . Op haar 16
de stapte ze in de vaudeville en tijdens haar tournees oefende ze voortdurend op haar eigen geschreven songs . Haar eerste liedje dat ze aan de man bracht was “ Don’t wake me up , let me dream “ , in 1925 een behoorlijke hit . Het jaar daarop schreef ze samen met Sam Lewis en Joe Young de wereldhit “ In a little Spanish town “. Ze was zo gefascineerd geraakt door de schoonheid van enkele oude Italiaanse nederzettingen die ze gezien had tijdens haar bezoek aan Zuid – Carolina , dat ze dat beeld in dit liedje wilde vereeuwigen. Maybel Wayne, die de knepen van het muziekvak leerde aan de New – York School of Music, kreeg al snel de flaterende bijnaam “ the first lady of song “. Drie jaar na het succes van “ In a little Spanish town “ componeerde ze het exotische “ Chiquita “ en samen met Al Hoffman en Maurice Sigler in 1934 “ Little man, you’ve had a busy day“.
Van het liedje
‘Ramona’ verschenen in de loop der tijden onnoemelijk veel versies . In 1928 scoorde zanger Gene Autry er zijn tweede miljoenenhit mee (zijn eerste hit kreeg hij in 1927 met My blue heaven ) . Datzelfde jaar verscheen er ook een versie van het in 1919 opgerichte orkest van Paul Whiteman . In onze contreien is vooral de hitversie van het Nederlandse duo the Blue Diamonds bekend . Ruud en Riem de Wolff begonnen als een soort blauwdruk van the Everly Brothers en op aanraden van producer Jack Bulterman voegden ze daar een aantal Amerikaanse standards aan toe Geen wonder dat Ramona ook op hun repertoire kwam te staan . Voor het Philips label namen ze een aantal songs op onder het toeziend oog van Jack Bulterman ,waaronder ook “ Ramona “ . Wat tot dan toe nog geen enkele Nederlandse artiest was gelukt, lukte wel voor The Blue Diamonds, want in een mum van tijd hadden ze niet alleen de Europese hitlijsten veroverd , maar bereikten ze in de Amerikaanse top 100 de 72ste plaats. Geen vier jaar later was het de beurt aan het Ierse trio the Bachelors ( bestaande uit de gebroeders Declan en Con Cluskey en John Stokes - eerst begonnen als het harmonicatrio The Harmonichords), om Ramona op plaat uit te brengen. Na reeds eerdere successen met evergreens als ‘Charmaine’ en ‘Diane’ , bereikten de drie heren in 1964 de Britse top 5 met hun versie van ‘Ramon ( single Decca F 11910 ) .