donderdag 26 mei 2016

Tonaliteit

Gewoonlijk domineert in een muziekstuk één bepaalde toon. In deze toon lossen zich telkens weer de melodische, harmonische en zelfs ritmische spanningen op. Tevens maken zich vanuit deze toon telkens weer nieuwe muzikale spanningen los. Zo'n toon is als het ware de alfa en de omega van het muziekwerk en wordt tonica genoemd: het tooncentrum waaromheen zich alle muzikale gebeurtenissen afspelen. Ondertussen blijft het tooncentrum zelf een statische rust vertegenwoordigen. Vrijwel alle muzikale composities eindigen in een tonica. Ook in de onmiddellijke nabijheid van het begin van een muziekstuk kan vrijwel altijd de tonica aangetroffen worden.

Tonaliteit is het verschijnsel dat de tonen van een muziekwerk die niet de tonica zijn, ten opzichte van elkaar en ten opzichte van de tonica in een vaste relatie staan. Iedere toon heeft zijn eigen functie: spanning verwekken, spanning voorbereiden, de oplossing van een spanning voorbereiden, de oplossing afwenden enzovoort. Er zijn verschillende tonaliteiten rond een tonica mogelijk.

Verreweg de meeste muziek die we kennen is in deze zin tonaal: alle Westerse muziek (met uitzondering van bepaalde stromingen in de muziek van de twintigste eeuw), Arabische muziek, muziek uit India en het Verre Oosten enzovoort.

Wanneer alle tonen die een bepaalde tonaliteit vormen éénmaal - en naar toonhoogte gerangschikt - opgeschreven, gespeeld of gezongen worden, ontstaat een toonladder. Een toonladder is als het ware de formule van een bepaalde tonaliteit. Het is voldoende om een toonladder over één octaaf op te schrijven of te spelen: alle andere octaven zijn herhalingen van het eerste. Een toonladder begint steeds vanaf de tonica tot de tonica van het hogere octaaf, dus in stijgende lijn.

De eenvoudigste toonladders zijn de stamtoon-toonladders, kortweg de stamtoonladders. Tussen de zeven stamtonen bevinden zich vijf hele en twee halve toonafstanden bevinden (de halve tonen tussen b en c en tussen e en f, de hele tonen tussen de overige tonen). In verband hiermee is het duidelijk dat de zeven stamtoonladders elk hun eigen tonaliteit hebben: de toonladders dragen ten opzichte van hun tonica hun halve tonen telkens elders. Naast de stamtoonladders zijn er ook nog de pentatonische (vijftonige) toonladders, de chromatische toonladders, de octotonische toonladders en de hele toon-toonladders.