Je herinnert je nog wel dat The Beatles in het Parijse hotel George V logeerden toen ze vernamen dat ze op 1 stonden in de USA met I want to hold your hand. De datum weet je misschien ook nog, februari 1964. Ze traden toen op in de Parijse Olympia om op die manier ook de Fransen aan hun voeten te krijgen.
Om hun verblijf in dat peperdure hotel nuttig in te vullen schreven John Lennon en Paul McCartney een paar nummers waaronder Can’t buy me love. The Beatles waren bezig songs te schrijven voor wat hun derde elpee zou worden en die als soundtrack moest dienen voor hun eerste film. Ze hadden op de eerste twee langspelers laten horen dat ze als songwriters wel wat in huis hadden en deze derde moest het bewijs leveren dat ze tot de absolute top behoorden. Paul wou met Can’t buy me love ook bewijzen dat hij een tekst met iets meer inhoud aankon. Hij zat er niet mee dat de tekst door de critici vooral op diverse manieren geïnterpreteerd werd, maar dat de lyrics naar prostitutie verwezen dat ging hem toch wat te ver. Daar werd hij telkens boos over als een journalist of reporter daar in een gesprek naar verwees. Paul hield vol dat de tekst ging over diverse dingen die je met geld niet kan kopen. Niet meer of niet minder. John Lennon had er ook geen moeite mee ruiterlijk toe te geven dat dit een 100% McCartneynummer was waaraan hij weinig of niets had toegevoegd.
De 29ste janauri 1964, twee dagen nadat Paul het geschreven had, trokken The Beatles naar de studio. Ze waren nog in Parijs – ze verbleven daar in het totaal 18 dagen om hun concertreeks in de Olympia af te werken- maar EMI had het zo geregeld dat ze in de Pathé Marconi Studio konden opnemen. Het is, als je goed luistert, het allereerste Beatles nummer waar je slechts één zanger het leeuwenaandeel van het liedje voor zijn rekening hoort nemen. Normaal zongen ze hun eigen backingvocals, maar die vielen deze keer weg. Eerst blikten The Beatles nog de Duitse versie in van She loves, Sie liebt dich, vooraleer ze aan Can’t buy me love begonnen. Het werd eerst wat oefenen, maar dan kon het beginnen. Paul nam zijn stem op op dubbelspoor, een techniek die Lennon al eerder had toegepast. Na vier takes was de geschikte versie kant en klaar. De tape werd meteen richting Londen gezonden waar de 25ste februari de stem van Paul en de gitaaroverdubs werden gemixt.
In Amerika werd eind maart 1964 Can’t buy me love op single gelanceerd. Neem dat maar letterlijk, want het nummer kwam binnen op 27 om meteen door te stoten naar de eerste plaats van de top honderd. De 4de april was het een feit. Hiermee braken The Beatles een record, want nog nooit eerder was iemand er in geslaagd met drie op- eenvolgende singles op 1 te geraken. Presley was het gelukt met twee: Don’t be cruel en Love me tender. The Beatles braken dat record met: I want to hold your hand, She loves you en Can’t buy me love. In het totaal werden er in de States méér dan 2 miljoen exemplaren verkocht. Een gigantisch succes, mede omdat Can’t buy me love alleen maar op single te verkrijgen was. Pas in de maand juli stond het op de soundtrack van de eerste Beatlesfilm A hard days night.
In Nederland was voor The Beatles ook een nummer 1 weggelegd, maar in de Vlaamse top dertig lukte het wéér niet en zouden ze tot en met de song Yesterday moeten wachten om op het einde van 1965 op één te geraken. Can’t buy me love mogen we terecht één van de grootste Beatleshits ooit noemen. Een oersterke klassieker. Het nummer werd een aantal keren gecoverd, maar de versie waar Paul McCartney jaren later nog altijd apetrots op is, is die van the leading lady of jazz Ella Fitzgerald. Opmerkelijke versies zijn die van The Chipmunks, The King’s Singers, John Pizzarelli en Michael Blubé.